In onze groep tijdens een gezamenlijke les of gesprek valt ons vaak op dat V. er door heen roept, niet op zijn beurt wacht, tussendoor met andere kinderen kletst of zit te rommelen met spullen. Regelmatig moeten wij hem daarop tijdens de activiteit aanspreken. Dat is aan de ene kant jammer, want hij is meestal enthousiast betrokken bij het onderwerp. Aan de andere kant is zijn gedrag storend voor mij en voor de andere kinderen.

Het is interessant om V. te observeren tijdens zo’n klassengesprek.

 

Het doel van de observatie is om een beeld te krijgen van het verloop van het gedrag tijdens het gesprek. Om dat beeld zo zuiver mogelijk in kaart te krijgen wordt elke 20 seconden vastgelegd wat het gedrag is. Bij deze observatie gaat het erom in kaart te brengen welke gedragscategorieën er bij deelname aan een kringgesprek overheersen en of, en zo ja wanneer, er hierin een verschuiving plaatsvindt.

Deze observatie is vooral van nut om duidelijk te krijgen of V. adequaat deelneemt aan een kringgesprek. Daarnaast levert het ook een beeld op van de spanningsboog die hij kan opbrengen tijdens zo’n gesprek. Dit kan zinvol zijn om bepaald storend gedrag te relateren aan het moment in het gesprek.

In totaal zijn er 122 meetmomenten.

L:  21x R: 15 x

D: 4 x O: 17 x

V: 4 x S: 15 x

A: 1 x P: 23 x

Hr: 8 x X: 5 x

Hi: 9 x

Opvallend is dat het roepen, om zich heen kijken, spelen met iets en praten met buren duidelijk veelvuldig gebeurt. Maar ook het luisteren naar iemand wie de beurt heeft.

Dit bevestigt min of meer mijn idee dat V. wel betrokken is bij wat er besproken wordt, maar ook storend gedrag vertoont.

 

Samenvatting nagesprek met V.:

V. vertelt dat hij geïnteresseerd is tijdens de les Kosmisch (of enig ander kringgesprek). Hij vindt het wel lastig om stil te zitten. Het wiebelkussen helpt daar dan niet bij. Het rondkijken en spelen met iets is volgens hem niet omdat hij niet betrokken is bij de les c.q. het gesprek, maar hij vindt het stilzitten dus heel lastig.

Hij vindt het ook lastig wanneer hij iets bedenkt en wil zeggen, om zich dan in te houden en te wachten op zijn beurt, het gaat hem af en toe te veel te langzaam, dan kan hij niet wachten. Hij wil op dat moment meepraten en antwoorden, wat hij dan hardop doet. Of hij vertelt zijn buren wat hij wil zeggen.

Hij begrijpt dat het storend is mij en voor zijn klasgenoten. Hij wordt er dan op aangesproken en de les/het gesprek wordt onderbroken.

Na wat overleg spreken we af dat hij de volgende keer 5 x tijdens de les/het gesprek de beurt krijgt. Dit geven we aan met fiches. Hij geeft aan dat op de grond zitten voor het bord beter voor hem werkt. Dan kan hij wat meer bewegen en stoort hij niemand.

Na drie weken gaan we kijken hoe dit gaat.

Maak jouw eigen website met JouwWeb